Eindbod werkgevers kunststof/rubber/lijmindustrie krijgt neerwaartse duim

CNV en FNV leggen het werkgevers-eindbod voor de cao kunststof/rubber/lijmindustrie negatief voor aan de leden. Aanleiding: werknemers gaan er per saldo netto op achteruit en hun pensioenvoorziening verslechtert.
Het loonbod in dat eindbod van de werkgevers is onder het inflatieniveau. "Corona", geldt als argument.

Werkgevers moeten bewegen


Onderhandelaar Martijn den Heijer van CNV Vakmensen is allerminst ingenomen met wat er nu op tafel ligt: "Het lijkt me nogal duidelijk dat werkgevers wel móeten bewegen en met een beter voorstel moeten komen. Ik denk niet dat de leden van de twee grootste vakbonden in deze sector hun krabbel willen zetten onder dit eindbod."

Sober

De werkgevers in de kunststof-, rubber- en lijm willen de pensioenopbouw van hun medewerkers fors versoberen. Daarnaast doen zij een per saldo negatief loonbod van 1,2 %. Afspraken over zwaarwerk-oplossingen richting pensioenleeftijd vallen niet te maken.

Lagere pensioenopbouw

De werkgevers willen de premieafdracht voor het pensioen slechts gedeeltelijk verhogen. Dat wil zeggen, minder dan eigenlijk noodzakelijk is om de pensioenopbouw op het huidige niveau te houden. Werknemers bouwen daardoor nog minder pensioen op.

De cao Kunststof- Rubber- en Lijmindustrie (KRLI) geldt voor 4.000 mensen. De huidige cao is al op 30 april 2020 verlopen. Er zijn ondertussen verschillende gespreksrondes geweest. De vakbondsleden kunnen tot 17 december hun stem uitbrengen.