Begrippenlijst cao
Een overzicht van de meestgebruikte termen rondom cao's, werk en contracten.
A
Achterstallig loon
Loon dat je werkgever niet op tijd uitbetaald. Soms ontbreekt er bijvoorbeeld vakantiegeld, is het loon lager dan de cao of wordt er geen pensioen betaald. In dat geval kan je een loonvorderingsprocedure starten en achterstallig loon opeisen.
Afslanken van een bedrijf
Als een bedrijf moet afslanken, dan betekent dit dat er arbeidsplaatsen verdwijnen. Er wordt ook wel gesproken van ‘het krimpen van een bedrijf’.
Afvloeiingsregeling
In een afvloeiingsregeling, ook wel ontslagregeling genoemd, staan voorwaarden en afspraken voor werknemers die ontslagen worden. Deze regeling komt vaak voor wanneer het ontslag van je werkgever komt. Met deze belangrijke afspraken zorgt je werkgever ervoor dat het ontslag wordt verzacht. Denk aan de transitievergoeding en de opzegtermijn. Als vakbond spreken we een afvloeiingsregeling meestal met je werkgever af in een sociaal plan.
Algemeen verbindend verklaring (AVV)
Een algemeen verbindend verklaarde cao betekent dat de afspraken in de cao voor alle werkgevers en werknemers in een gehele bedrijfstak gelden. Als werkgevers niet bij de cao-partij horen maar wel bij de bedrijfstak, moeten zij zich houden aan de algemeen verbindend verklaarde-cao en deze toepassen op hun werknemers.
All-in loon
Bij een all-in loon betaalt je werkgever het brutoloon, de vakantietoeslag en eventuele andere toeslagen in een keer uit.
Arbeidsconflict
Bij een ruzie of meningsverschil op het werk, is er sprake van een arbeidsconflict. We treden vaak op als mediator en helpen om het conflict met je werkgever op te lossen.
Arbeidscontract
In een arbeidscontract staan de afspraken tussen jou en je werkgever. Het wordt ook wel arbeidsovereenkomst of contract genoemd.
Arbeidsmobiliteit
Arbeidsmobiliteit is de mate waarin je opgeleid of ervaren genoeg bent om ander werk te doen. Dit staat vaak in je arbeidsvoorwaarden.
Arbeidsongeschikt
Je bent arbeidsongeschikt als je door ziekte niet in staat bent om je werk volledig uit te voeren. Er wordt onderscheid gemaakt tussen volledig en gedeeltelijk arbeidsongeschikten. In de eerste twee jaar betaalt je werkgever je loon door. Als je langer dan 2 jaar ziek bent kom je in aanmerking voor een Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen uitkering (WIA-uitkering).
Arbeidsovereenkomst
Zie ook arbeidscontract. Hierin staan de afspraken tussen jou en je werkgever.
Arbeidsverhoudingen
De verhoudingen in een bedrijf tussen de werkgever en de werknemer. Er is sprake van een ernstig verstoorde arbeidsrelatie wanneer de relatie tussen werkgever en werknemer zo verstoord is dat het beter is als het arbeidscontract vroegtijdig wordt stopgezet. Arbeidsverhoudingen wordt ook wel arbeidsrelatie genoemd.
Arbeidsvoorwaarden
De afspraken over jouw werk die je met je werkgever afspreekt, bijvoorbeeld tijdens het arbeidsvoorwaardengesprek. Primaire arbeidsvoorwaarden zijn standaardzaken, zoals loon en het aantal uren dat je werkt. Secundaire arbeidsvoorwaarden zijn voorwaarden die daar bovenop komen. Denk aan reiskostenvergoeding of opleidingsbudget.
B
Bedrijfsarts
Je werkgever is verplicht om een bedrijfsarts in te schakelen wanneer je een paar weken ziek bent. De arts neemt contact met je op en beoordeelt of je arbeidsgeschikt bent of niet. Ben je het niet eens met de bedrijfsarts? Dan mag je een andere bedrijfsarts vragen om een second opinion.
Beroepsziekte
Een ziekte veroorzaakt door je werk of je werkomstandigheden. Denk aan rugklachten bij stratenmakers of oogklachten bij lassers.
Bijzondere uren
De werkuren die je maakt op speciale tijdstippen, zoals feestdagen, weekenden of nachten. Maak je bijzondere uren? Dan krijg je vaak een toeslag. De afspraken hierover staan in je cao of contract.
Bijzonder verlof
Je kunt bijzonder verlof opnemen voor buitengewone omstandigheden, zoals het overlijden van een familielid familie. Voor sommige vormen van bijzonder verlof zijn in de cao afspraken gemaakt. Bijzonder verlof wordt ook wel buitengewoon verlof genoemd.
Boventallig
Ben je boventallig verklaard? Dat betekent dat jouw functie vervalt. Dit gebeurt vaak bij een reorganisatie. Je werkgever heeft vaak een sociaal plan opgesteld waarin de rechten en plichten van een boventallige werknemer staan.
Brancheorganisatie
Een organisatie van werkgevers of bedrijven in een sector. Zo heb je brancheorganisaties voor bijvoorbeeld bakkers, doe-het-zelfzaken en bouwbedrijven. CNV Vakmensen onderhandelt meestal met brancheorganisaties over een cao. Een brancheorganisatie wordt ook wel een branchevereniging of belangenorganisatie genoemd.
Brutoloon
Het brutoloon of bruto salaris is het bedrag vóór aftrek van belastingen en premies. Trek je de belastingen en premies van je brutoloon af, dan houd je je nettoloon over.
C
Cao
Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een schriftelijke overeenkomst tussen werkgevers en werknemers waarin afspraken staan over arbeidsvoorwaarden.
Collectief ontslag
Er is sprake van een collectief ontslag als er door bedrijfseconomische redenen binnen 3 maanden 20 of meer werknemers worden ontslagen. De werkgever moet zich bij het ontslag houden aan de Wet melding collectief ontslag (Wmco).
Concurrentiebeding
Een schriftelijke afspraak om te voorkomen dat een werknemer na zijn vertrek ervaring en kennis gebruikt bij een concurrerend bedrijf. Concurrentiebeding wordt ook wel non-concurrentiebeding of niet-concurrentiebeding genoemd. Een vorm van concurrentiebeding is relatiebeding.
D
Dagloon
Het bedrag dat je per dag verdient. Je berekent je dagloon door je jaarloon te delen door 261 dagen. Dit dagloon is belangrijk als je een WW-uitkering krijgt.
Dienstjaren
Het aantal jaren dat je in dienst bent bij je huidige werkgever.
Dienstverband
Ben je in dienst bij een werkgever? Dan heb je een dienstverband. Dit wordt ook wel loondienst of dienstbetrekking genoemd. De meest voorkomende dienstverbanden zijn een vast contact, tijdelijk contract of oproepcontract.
Duurzame inzetbaarheid
Duurzame inzetbaarheid gaat over gezond, gelukkig en veilig kunnen werken tot aan je pensioen. Je werkgever kan duurzame inzetbaarheid van werknemers vergroten door hierover afspraken te maken. Denk aan afspraken over verlofregeling, bijscholing of programma’s om een burn-out tegen te gaan. De afspraken hierover verschillen per cao en sector.
E
Eindbod cao
In de cao-onderhandelingen is een eindbod het laatste bod van de werkgevers. Er is dan geen overeenkomst bereikt. Hiermee willen werkgevers dwang uitoefenen om akkoord te gaan. Het eindbod is voor een vakbond niet voldoende. Ook vakbonden kunnen ook een eindbod neerleggen, vaak gaat dat met een ultimatum.
Eindejaarsuitkering
Een extra uitkering bovenop je normale loon. Het is vaak een percentage van je bruto-jaarsalaris. Een eindejaarsuitkering is niet hetzelfde als een 13e maand. Bij een 13e maand ontvang je je bruto maandloon bovenop je normale loon. Je werkgever is wettelijk niet verplicht om een eindejaarsuitkering te betalen. Kijk in je cao of contact of je hier recht op hebt.
F
Feestdagen
Nieuwjaarsdag, Pasen, Koningsdag, Bevrijdingsdag (om de 5 jaar), Hemelvaartsdag en Kerst zijn officiële feestdagen die ook een vrije dag zijn. Een officiële feestdag is niet voor iedereen een vrije dag. Kijk je cao of arbeidsovereenkomst op welke feestdagen je betaald vrij bent of recht hebt op een toeslag als je die dag werkt.
Functie-eisen
Eisen die nodig zijn om het werk uit te voeren. Denk aan kennis, vaardigheden en werkervaring. Functie-eisen kunnen ook specifieker zijn zoals bereikbaarheid en flexibiliteit.
Functiegroep
Een omschrijving van werkzaamheden met vergelijkbare resultaten en gewenst gedrag. Een werkgever stelt functiegroepen op en beschrijft daarin exacte functies, zoals de taken en verantwoordelijkheden van een werknemer. Een functiegroep heeft vaak een bijbehorende loonschaal met een minimaal en maximum loon dat een werknemer binnen de functiegroep kan verdienen.
H
Herstructurering
Bij herstructurering verandert de inrichting of organisatie van een bedrijf. Dit wordt ook wel reorganisatie genoemd. Soms gaan hierbij banen verloren. Als er voldoende vakbondsleden zijn, maken we afspraken met deze bedrijven over een sociaal plan.
I
Inconveniënte uren
Letterlijk betekent dit ‘ongemakkelijke’ uren. Het gaat om werkuren op ongebruikelijk tijdstippen: ‘s nachts, ‘s morgens vroeg, ‘s avonds laat, in de weekenden of op feestdagen.
Indexatie
Indexeren is het aanpassen van een geldbedrag aan het prijspeil, bijvoorbeeld je loon of je pensioen. Dit wordt gedaan omdat prijzen elk jaar stijgen en je minder kan kopen voor hetzelfde bedrag. Door indexering worden lonen verhoogd zodat je hetzelfde kan blijven kopen. Zie ook koopkracht.
Inlener
Een werkgever die een werknemer huurt via een uitzendbureau of detacheringsbureau. De inlener is verantwoordelijk voor een veilige werkplek van de werknemer. Dit wordt inlenersaansprakelijkheid genoemd.
J
Jaarsalaris
Het bruto jaarsalaris is het salaris van het hele jaar zonder aftrek van belastingen en premies. Je netto jaarsalaris is het bedrag dat overblijft van je bruto jaarsalaris na de belastingen en premies.
Jaarurenmodel
In dit model spreek je af hoeveel uur je per jaar werkt. Dit wordt vastgesteld in je cao of contract. Het aantal uur per week schommelt zodat je meer kan werken in drukke perioden en minder hoeft te werken in rustigere perioden. Het model komt voor bij hoveniers.
K
Kaderlid
Een vakbondslid dat de ‘oren en ogen’ is bij een werkgever. Een kaderlid krijgt trainingen, werft leden, onderhandelt soms mee en heeft veel contact met zijn of haar vakbond.
Koopkracht
Koopkracht is de hoeveelheid producten en diensten die je met je inkomen kunt kopen. Als de lonen minder stijgen dan de prijzen, ontstaat verlies van koopkracht. Als de lonen meer stijgen dan de prijzen, krijg je meer koopkracht. Het Centraal Planbureau (CPB) berekent de koopkracht met inflatie, gemiddelde loonstijging en de hoogte van belastingen en toeslagen.
L
Loongebouw
Een overzicht van alle loonschalen in een bedrijf of cao. Het loongebouw bestaat uit schalen: bij iedere functie hoort een bepaalde loon- of functieschaal.
Loonschaal
Een loonschaal, onderdeel van het loongebouw, bestaat uit een rij bedragen van hoog tot laag die bij een of meerdere functies horen. Elke bedrag is een loontrede. Onderaan de rij staat het minimumbedrag dat je in de functie verdient. Bovenaan staat het maximumbedrag. Hoe langer je ergens werkt, hoe hoger je komt. Een loonschaal wordt ook salarisschaal genoemd.
Loonsom
Het totale bedrag dat een werkgever uitgeeft aan loon, pensioen, premies, belastingen en andere voorzieningen voor de werknemers.
Loonstrook
Het overzicht dat je iedere maand, of iedere vier weken, van je werkgever krijgt. Je kunt hiermee controleren of je het juiste loon hebt gekregen. Op je loonstrook staan je brutoloon, de bedragen waaruit je brutoloon bestaat (bijvoorbeeld basisloon en eventuele prestatietoeslagen), het aantal uren dat je werkt en de periode waarvoor je betaald krijgt (bijvoorbeeld oktober). Vaak staat er ook een overzicht op van je vrije dagen.
Loontrede
Een loonschaal bestaat uit loontreden. Meestal geldt: ieder jaar gaat je salaris met een trede omhoog, totdat je in de hoogste trede zit.
Looptijd
De periode waarover een afspraak geldig is. Bijvoorbeeld een cao met een looptijd van 2 jaar of een arbeidscontract met een looptijd van 6 maanden.
M
Mantelzorg
Je bent mantelzorger als je voor een langere periode onbetaald zorgt voor zieke of hulpbehoevende mensen in je omgeving. Denk aan verzorging of hulp bij dagelijkse activiteiten.
Minimumloon
Het wettelijk minimumloon is het loon dat je minimaal per uur, week of maand moet verdienen. Dit minimum geldt voor alle werknemers vanaf 21 jaar. Werknemers tussen 15 en 21 jaar krijgen een minimumjeugdloon.
Moderniseren
Een ander woord voor reorganisatie, herindeling, afslanken, privatisering of outsourcing.
N
Nettoloon
Het bedrag dat overblijft van je brutoloon na de belastingen en premies. Dit is het bedrag dat je maandelijks op je rekening krijgt.
Non-actief
Zet je werkgever je op non actief? Dan hoef je (tijdelijk) geen werk te verrichten. Bijvoorbeeld bij een conflict of vermoedens van misdraging. Je contract loopt wel door. Non-actiefstelling kan een voorteken voor ontslag zijn.
Nul-urencontract
Een contract waarin je officieel nul uren werkt. Je werkt de uren die je werkgever je oproept. Je ontvangt minimaal het minimumloon dat hoort bij een nul-urencontract.
O
Onbetaald verlof
Een tijdelijke onderbreking van werk waarbij je geen loon betaald krijgt. Tijdens onbetaald verlof werk je niet zodat je tijd hebt om bijvoorbeeld een reis te maken of een studie te volgen.
Omslagstelsel
Een financieringsstelsel waarin de werkenden premies betalen voor mensen die het op hetzelfde moment nodig hebben. Een bekend omslagstelsel voor pensioen is de AOW. Wie nu werkt betaalt premie voor de mensen die nu AOW krijgen.
Onderhandelen
Het gesprek tussen werkgever en werknemer of tussen werkgeversverenigingen en vakbonden. Dit gesprek gaat over arbeidsvoorwaarden, pensioenen, een sociaal plan of andere regelingen.
Onderhandelingspositie
De kracht die je hebt in een onderhandeling. Een flexmedewerker of een medewerker met een tijdelijk contract heeft een slechte onderhandelingspositie. Als die werknemer iets wil van zijn werkgever kan de werkgever het verzoek makkelijk weigeren en het contract beëindigen. Een groep werknemers die lid is van een vakbond, heeft een sterke onderhandelingspositie. Zeker als ze bereid zijn om actie te voeren. Met een sterke onderhandelingspositie bereiken werknemers betere arbeidsvoorwaarden.
Ondernemingsraad
Een ondernemingsraad (OR) bestaat uit werknemers die namens het personeel overleggen met de werkgever. Een OR is verplicht in grotere bedrijven met meer dan 50 medewerkers. De taken en rechten van de OR zijn vastgesteld in de Wet op de Ondernemingsraden.
Ontbinden
Het ontbinden van een arbeidsovereenkomst betekent dat de arbeidsovereenkomst is beëindigd.
Ontslag
De beëindiging van je arbeidsovereenkomst. Er zijn verschillende soorten ontslag, bijvoorbeeld ontslag op staande voet en ontslag met wederzijds goedvinden. Je kan ontslag nemen bij je werkgever of je ontslag indienen bij het UWV.
Ontslagbescherming
Werk je in loondienst? Dan kan je in bepaalde situaties beschermd zijn tegen ontslag. Je hebt bijvoorbeeld ontslagbescherming als je ziek bent, als je zwanger bent of als je lid bent van de ondernemingsraad (OR).
Ontslagvergunning
Een bewijs van toestemming om een werknemer te ontslaan. Je werkgever kan een ontslagvergunning aanvragen bij het UWV. In de meeste gevallen gebeurt dit vanwege bedrijfseconomische redenen of langdurige arbeidsongeschiktheid.
Oproepcontract
Een contract zonder vast dienstrooster. De werkgever roept je op wanneer er werk is. Een oproepcontract wordt ook wel een oproepovereenkomst genoemd. Voorbeelden van een oproepcontract zijn nulurencontract, een oproepcontract met voorovereenkomst en een min-maxcontract.
Opzegtermijn
Een opzegtermijn is de periode tussen het moment waarop je ontslag neemt en de dag waarop je voor het laatst officieel in dienst bent. De opzegtermijn hangt af van de tijdsduur van je arbeidsovereenkomst en het soort contract.
Ouderschapsverlof
Wettelijk verlof om meer tijd door te brengen met je gezin. Je kunt betaald en onbetaald ouderschapsverlof opnemen.
Outplacement
De begeleiding die je werkgever je aanbiedt bij het vinden van een nieuwe baan buiten het bedrijf. De kosten van het outplacementtraject mag je werkgever in mindering brengen op je transitievergoeding.
Overuren
Dit zijn de uren die je werkt boven het aantal uren dat in je arbeidscontract staat. Heb je een contract van 32 uur? Dan zijn alle uren die je meer werkt overuren. In veel cao’s is afgesproken hoe je werkgever de overuren uitbetaald. De extra uren die je maakt wordt ook wel overwerk genoemd.
P
Pensioen
Je pensioen geeft extra inkomen nadat je de ‘pensioengerechtigde leeftijd’ hebt bereikt of stopt met werken. Je pensioen loopt door zolang je leeft.
Pensioengerechtigde leeftijd
De leeftijd waarop je met pensioen mag gaan. Per 1 januari 2018 is dit 68 jaar. De pensioengerechtigde leeftijd is iets anders dan de AOW-gerechtigde leeftijd.
Periodiek
Een trede in een loonschaal. Als je er een ‘periodiek’ op vooruit gaat, ga je een trede in je loonschaal omhoog.
Personeelsbestand
Het totale aantal werknemers van een bedrijf. Personeelsbestand wordt ook wel loonlijst of personeelsbezetting genoemd.
Personeelsvertegenwoordiging
Een personeelsvertegenwoordiging (pvt) is een inspraak en medezeggenschapsorgaan voor bedrijven met tussen 10 en 50 werknemers. De pvt heeft het recht om mee te denken over beslissingen van de directie. Een pvt is verplicht als het in de cao staat of als meer dan de helft van de werknemers erom vraagt.
Ploegendienst
In een ploegendienst werk je op verschillende tijden, maar wel volgens een vast rooster per week of per maand. Er zijn verschillende soorten diensten: twee-, drie-, vier- en vijfploegendiensten.
Ploegentoeslag
De toeslag die je krijgt bovenop je vaste loon voor het werken in ploegendiensten. In de cao zijn hierover afspraken gemaakt. De ploegentoeslag wordt ook onregelmatighedentoeslag (ORT) of toeslag onregelmatige diensten (TOD) genoemd. Bij de 5 ploegen toeslag krijg je vaak ook extra hersteltijd als compensatie.
Prestatieloon
Een extra beloning die je krijgt op basis van je prestatie. Prestatieloon wordt ook prestatiebeloning genoemd. Veelvoorkomende vormen van prestatieloon zijn winstdeling, provisie, periodieke salarisverhoging of een cadeau.
Proeftijd
Een tijdelijke periode waarin je beter kennismaakt met je nieuwe bedrijf, het werk en je werkgever. In deze periode kunnen jij en je werkgever je contract direct opzeggen. Een proeftijd is niet verplicht. De wettelijke proeftijd is afhankelijk van je arbeidsovereenkomst.
R
Relatiebeding
Staat er een relatiebeding in je contract? Dan spreek je af dat je na het eindigen van je contract geen contact onderhoudt met relaties van je werkgever. Bijvoorbeeld met klanten, leveranciers of samenwerkingspartners. Dit betekent dat je ook niet mag gaan werken voor klanten van je werkgever. Een relatiebeding mag niet in een tijdelijk contract staan.
S
Salaris
Het geld dat je krijgt voor het uitvoeren van je werk.
Seizoenarbeid
Werk dat alleen in een bepaalde periode van het jaar voorkomt. Vooral in de land- en tuinbouw komt veel seizoenarbeid voor. Denk aan appels plukken of schapen scheren.
Slapend dienstverband
Een dienstverband waarbij je niet meer werkzaam bent bij je werknemer. Je arbeidsovereenkomst wordt nog wel in stand gehouden. Dit komt meestal voor bij langdurig arbeidsongeschikt. Het dienstverband wordt niet beëindigd omdat je werkgever anders een transitievergoeding moet betalen.
Snipperdag
Een vrije dag die je opneemt wanneer je zelf wilt.
Sociaal Fonds
In een cao staat vaak de afspraak om een klein percentage van de loonsom in een fonds te stoppen. Met dit geld worden projecten gedaan die goed zijn voor de deelnemers aan de cao en voor de naleving van de cao. Zo zijn er sociale fondsen voor opleiding en scholing, senioren of voor arbeidsongeschiktheid.
Sociaal plan
Een contract tussen de werkgever en de groep die praat namens het personeel: de vakbonden of de ondernemingsraad (OR). In een sociaal plan staan afspraken om de gevolgen van een reorganisatie voor jou zo goed mogelijk op te vangen. Denk aan afspraken over ontslagvergoedingen, reiskosten, verhuiskosten, outplacement of omscholing.
Sociale partners
De vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers. Dat zijn vaak de vakbonden, maar soms ook andere partijen. Sociale partners nemen deel aan de sociale dialoog.
Sociale premies
De premies die je afdraagt aan sociale verzekeringen. Denk aan zaken als arbeidsongeschiktheid, ziekenfonds en sociale fondsen.
Sociale zekerheid
Regelingen die ervoor zorgen dat je inkomen hebt als je ziek, arbeidsongeschikt, zwanger, werkloos of gepensioneerd bent.
Solliciteren
Je interesse en beschikbaarheid voor een baan tonen bij een werkgever. Je solliciteert als je op zoek bent naar een nieuwe baan. Vaak schrijf je hiervoor een sollicitatiebrief.
Stage
Een periode waarin je opgedane kennis van je studie in de praktijk brengt bij een werkgever. Vaak krijg je hier een kleine vergoeding voor.
Staking
Een situatie waarin werknemers collectief het werk neerleggen vanwege een arbeidsconflict. Staken is een recht, maar is wel aan strenge eisen gebonden. Zo moet duidelijk zijn dat er geen overleg meer mogelijk is. Leden van de vakbond stemmen of er wordt gestaakt. Staken werknemers zonder dat vakbondsleden hebben gestemd? Dan heet dat een wilde staking. Het is verboden om werk dat blijft liggen door de staking door iemand anders te laten doen. Dat heet stakingsbreking.
Studieverlof
Betaald of onbetaald verlof voor het volgen van onderwijs. Denk aan een bachelor of masteropleiding. In de cao zijn hier soms afspraken over gemaakt.
Stukloon
Het loon dat je ontvangt per afgewerkt stuk, product of taak. Krijg je stukloon? Dan moet je voor elk gewerkt uur het wettelijk minimumloon verdienen. In je contract staat hoeveel je verdient voor afgerond werk.
T
Taakomschrijving
Een beschrijving van je taken en verantwoordelijkheden in een arbeidsovereenkomst.
Toelage
Een extra geldbedrag dat je maandelijks bovenop je loon ontvangt.
U
Uitkering
Het bedrag dat je krijgt als je werkloos, ziek of arbeidsongeschikt bent. Voor werkloosheid ben je als werknemer verzekerd via de WW-premie. Voor inkomen bij langdurige ziekte betaal je premie voor de Ziektewet en de WIA. Kom je voor deze uitkeringen niet in aanmerking, dan is er nog de bijstandsuitkering. Deze laatste uitkering is geen verzekering, maar wordt uit belastinggeld betaald.
Uitlener
Een uitzendbureau of ‘koppelbaas’ die werknemers uitleent aan andere werkgevers. De werknemers blijven in dienst van de uitlener.
Uitzendbureau
Een bedrijf waar jij op papier in dienst bent, terwijl je bij een ander bedrijf werkt. Het uitzendbureau ontvangt hiervoor geld van dat andere bedrijf.
Uitzendkracht
Een werknemer in dienst van een uitzendbureau. Het uitzendbureau leent de werknemer uit aan een ander bedrijf op tijdelijke basis. Meestal worden uitzendkrachten ingehuurd als vervanging voor een zieke werknemer of als er behoefte is aan extra werkkracht door drukte.
Ultimatum
Lopen de onderhandelingen met werkgevers vast? Dan kan de vakbond een ultimatum bij de werkgever neerleggen. Dit is de laatste eis voordat de vakbond tot actie overgaat. Het ultimatum is een eindbod met aankondiging van acties.
Uurloon
Je loon per uur is meestal de basis van je salaris. Werk je 28 uur per week? Dan krijg je 28 keer het uurloon. Het is soms lastig je uurloon uit te rekenen. Daarom een rekenhulp. Krijg je iedere vier weken salaris? Dan reken je je bruto uurloon zo uit: (bruto vierwekensalaris) gedeeld door (4 x het aantal uren per week). Heb je een salaris per maand, dan bereken je je uurloon zo: (bruto maandsalaris) gedeeld door (4,33 x het aantal werkuren per week). Heb je een weekloon? Dan bereken je je uurloon zo: (bruto weeksalaris) gedeeld door (aantal werkuren per week).
V
Vakantiedagen
Iedere werknemer krijgt een wettelijk aantal vakantiedagen per jaar. Je vakantiedagen zijn gelijk aan vier werkweken. In je cao of arbeidscontract staan vaak afspraken over bovenwettelijke (extra) vakantiedagen.
Vakantiegeld
Als werknemer heb je ieder jaar recht op vakantiegeld van minimaal 8% van je brutojaarsalaris. Je werkgever betaalt het vakantiegeld meestal uit in mei of juni. Vakantiegeld wordt ook wel vakantiebijslag of vakantietoeslag genoemd.
Vakbond
Een vereniging die opkomt voor de belangen van haar leden. Een vakbond onderhandelt met werkgevers voor een betere cao.
Vakbondsbestuurder
Voor collectieve zaken is je vakbondsbestuurder het aanspreekpunt. De vakbondsbestuurder onderhandelt met je werkgever over cao’s en sociale plannen en neemt contact op met je werkgever bij grote problemen. Een vakbondsbestuurder wordt ook wel onderhandelaar of vakbondsvertegenwoordiger genoemd.
Vakbondscontributie
Het bedrag dat je betaalt voor je lidmaatschap van de vakbond. In veel cao’s kun je de vakbondscontributie fiscaal verrekenen, waardoor je contributie in de praktijk lager is.
Vakbondsverlof
Als vakbondslid, bestuurslid of kaderlid kun je doorbetaald vakbondsverlof krijgen voor een aantal activiteiten van de vakbond. Denk aan een training of een algemene ledenvergadering.
Vakcentrale
Een centrale die namens een aantal vakbonden gezamenlijke belangen behartigt: bijvoorbeeld lobby, publiciteit of ledenadministratie. De drie vakcentrales in Nederland zijn CNV, FNV en VCP.
Vaste baan
Dit wordt ook wel vast contract of arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd genoemd. Het is lastiger om ontslagen te worden met een vast contract. Je werkgever kan jou nog wel ontslaan bij een reorganisatie, bedrijfseconomische redenen of na twee jaar ziekte. Als werknemer mag je wel ontslag nemen.
Verjaring
De situatie waarin het niet meer mogelijk is om een bedrag of rekening af te dwingen via een rechter. Na het verjaringstermijn hoeft je werkgever de afspraak niet meer na te komen. Heeft je werkgever je niet of te weinig betaald? Dan heb je vijf jaar de tijd om dat achterstallige loon te vorderen. Na vijf jaar is er sprake van verjaring en krijg je geen geld meer.
Verlof
Een periode waarin je werkgever toestemming geeft om vrij te nemen. Bijvoorbeeld om vakantiedagen of zwangerschapsverlof op te nemen. Verlof kan betaald of onbetaald zijn.
Vervroegd pensioen
Eerder met pensioen gaan dan je pensioengerechtigde leeftijd. In sommige cao’s zijn hier afspraken over gemaakt. Vervroegd pensioen is iets anders dan prepensioen.
Verzuim
Niet aanwezig zijn op je werk, bijvoorbeeld wegens ziekte.
W
Wachtgeld
Inkomen dat je krijgt terwijl je niet werkt en niet uit dienst bent. De wachtgeldregeling komt met name voor bij politici en bestuurders.
Weekloon
Het loon dat je ontvangt na 1 week werken. Krijg jij een weekloon? Dan mag de betaling nooit langer dan een maand duren.
Werkgever
De persoon, de organisatie of het bedrijf waar je werkt of die je loon betaalt.
Werkgeverspremie
De premies die een werkgever betaalt voor de sociale verzekeringen van de werknemer. De werkgever draagt deze bijdrage meteen af aan de overheid. Werkgeverspremie wordt ook wel werkgeversbijdrage genoemd.
Werkgeversvereniging
Een vereniging waarin werkgevers samenwerken en gezamenlijk opkomen voor hun belangen. Een werkgeversvereniging wordt ook wel werkgeversorganisatie genoemd. Het is de tegenhanger van de vakbond.
Werkingssfeer
De werkingssfeer van een cao beschrijft voor welk bedrijf of welke sectoren een cao geldt.
Werknemersvereniging
Een ander woord voor vakbond. Een werknemersvereniging komt op voor de belangen van werknemers.
Werkonderbreking
Een korte onderbreking van het werk die geen volledige staking is. Regels over de werkonderbreking zijn vastgesteld in arbowet artikel 29.
Werktijdverkorting
In bijzondere omstandigheden kan je werkgever je werktijd verkorten. Denk aan een brand binnen het bedrijf. Je werkgever vraagt dan een WW-uitkering aan bij het UWV voor jouw niet-gewerkte uren.
Werkweek
Het aantal uren of dagen dat je per week werkt. Bijvoorbeeld een 36-urige werkweek of een 4 daagse werkweek.
Wet op de Ondernemingsraden
In de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) staan de rechten van de ondernemingsraad (OR) beschreven. De rechten zijn adviesrecht, initiatiefrecht, instemmingsrecht en recht op informatie van de werkgever.
Z
Zeggenschap
Het recht om mee te beslissen over je arbeidsvoorwaarden. Dit kan bijvoorbeeld via een ondernemingsraad (OR) of personeelsvertegenwoordiging (PVT).
Zwangerschapsverlof
Ben je zwanger? Je hebt dan recht op zwangerschapsverlof. Zwangerschapsverlof loopt na de bevalling over in bevallingsverlof.
Zwart werken
Als je zwart werkt ontvang je loon zonder dat je werkgever of jij hier belasting of premie over betaalt. Je bouwt over dit loon geen pensioen op en je bent niet verzekerd voor ziekte en werkloosheid. Zwart werken is strafbaar.