Cao Retail Non Food: de kop is eraf maar nog geen resultaat in zicht

Afgelopen donderdag 10 november zijn we gestart met de onderhandelingen over de nieuwe cao Retail Non Food. Werkgevers en bonden hebben de inzet van deze onderhandelingen toegelicht en er is een eerste schot voor de boeg gegeven.

Waar staan we na de 1e ronde onderhandelen?

Werkgevers

  • Verhoging van de schaallonen en de feitelijke lonen in de schalen A t/m D per 1-1-2023 met 7.46 % en op 1-7-2023 met hetzelfde percentage als de stijging van het Wettelijk Minimumloon op dat moment, zodat de lonen in deze schaal totaal hetzelfde zijn gestegen met de stijgingen van het Wettelijk Minimumloon.
  • Verhoging van de schaallonen en de feitelijke lonen in de schalen E t/m I per 1-1-2023 met 5% en op 1-7-2023 met hetzelfde percentage als de stijging van het Wettelijk Minimumloon op dat moment.
  • Werknemers met een loon boven het eindloon van de schaal of een loon buiten het loongebouw (de bovenschaligen) een verhoging van 1.5% per 1-1-2023 en 1.5% op 1-7-2023.

Reactie bonden
Na een schorsing hebben wij aangegeven niet akkoord te gaan met een knip in de stijging van die 7.46%. Wanneer een werknemer laag is ingedeeld in schaal D en een collega hoog in schaal E, dan verdient de werknemer in schaal E minder bruto per uur, dan zijn collega op dat moment in schaal D, omdat die al dichterbij het eindloon zit. Dan is het niet uit te leggen, waarom de collega in schaal E  en dus minder per uur verdient een lagere loonsverhoging krijgt.
Wij hebben aangegeven, dat omdat deze cao al jaren de lonenverhoogd met hetzelfde percentage waarmee het Wettelijk Minimumloon twee keer per jaar stijgt, dit nu ook moet voor iedereen. Voor de werknemers boven en buiten de loonschaal hebben wij als tegen bod een loonsverhoging van 6% voorgesteld.
De werkgevers hebben aangegeven tijd nodig te hebben voor een tegenreactie. Deze reactie hebben wij gister eind van de middag via de mail ontvangen. De reactie luidt:
In ons overleg op 10 november hebben we afgesproken dat de werkgeversdelegatie met de reactie van de vakbonden terug zou gaan naar de achterban om te onderzoeken of er ruimte was voor de drie besproken onderwerpen en het mandaat van het bestuur te verruimen:

  • 7,46% loonsverhoging per 1 januari 2023 over de salarissen in het loongebouw en volgen WML per 1 juli 2023.
  • Loonsverhoging voor bovenschaligen, waarbij vakbonden 6% per 1 januari 2023 hebben gevraagd.
  • Reiskostenvergoeding van € 0,21 per km voor medewerkers die 10 tot 40 kilometer van hun werk wonen.

Toetsing bij de achterban
leverde op dat, afhankelijk van het totaalpakket aan afspraken, de 7,46% over de salarissen in het loongebouw per 1 januari en volgen WML per 1 juli 2023 bespreekbaar is. Dit is een uitbreiding van het eerdere mandaat.
Voor wat betreft de loonsverhoging voor bovenschaligen had ik in het overleg aangegeven dat voor de 2 x 1,5% (per 1-1 en per 1-7) geen mandaat was, maar dat de onderhandelingsdelegatie bereid was de nek uit te steken. De reactie van de bonden, waarin 6% voor deze groep werd gevraagd, heeft de werkgeversdelegatie verbaasd en is bovendien, gelet op het ontbreken van mandaat aan werkgeverskant voor de 2 x 1,5%, niet in overeenstemming met het eerder geuite voornemen om snel tot een cao-resultaat te komen. Er blijkt bij de achterban van werkgevers geen draagvlak en vanuit het bestuur geen mandaat te zijn om een loonsverhoging voor bovenschaligen af te spreken.
Werkgevers zullen hun bovenschaligen medewerkers vaak een loonsverhoging geven, maar ze willen dit zelf kunnen bepalen.
Ook voor de reiskostenvergoeding is geen draagvlak. Het belangrijkste punt uit de reacties van werkgevers is dat ze vinden dat dit niet in de cao geregeld hoeft te worden en zij hier zelf afspraken over hebben of willen maken met hun medewerkers. Maar ook bedrijfseigen regelingen die gericht op beperken van autogebruik, maken een afspraak zoals door vakbonden voorgesteld onmogelijk.”

 Werkgevers zeggen dus nu

  • dat zij bereid zijn om de schaalsalarissen en de feitelijke salarissen binnen het maximum van de loonschaal te verhogen met 7.46% per 1-1-2023 en met hetzelfde percentage als de stijging van het Wettelijk Minimumloon op 1 juli 2023.
  • Wij gaan niets afspreken voor de werknemers boven het einde van de loonschaal of buiten het loongebouw. Werkgevers willen hier zelf over besluiten en hierover geen afspraak vastleggen in de cao.
  • Ook voor de kilometervergoeding geldt dat de werkgevers hierover geen afspraken willen en dit overlaten aan de bedrijven zelf.

Volgend overleg 21 november

Komende maandag 21 november staat er weer een overleg gepland met de werkgevers over de nieuwe cao. Bonden vragen zich af hoeveel zin het heeft, omdat werkgevers aangeven niets voor de werknemers boven de loonschalen af te willen spreken. Aan de andere kant bieden zijn voor de grootste groep werknemers een loonsverhoging van 7.46% per 1-1-2023 en daarboven op nog een loonsverhoging op 1-7-2023. Geld wat iedereen op dit moment wel kan gebruiken.
Wij vragen de werkgever sowieso maandag om een toelichting op dit voorstel. Wij zullen onderzoeken wat de ruimte is om wel afspraken te maken over een loonstijging voor de groep bovenschaligen. Ook al is deze groep in de minderheid en verdienen zij vaak al meer dan het maximum van de loonschaal, wij vinden dat iedereen in deze tijd zeker moet zijn van een loonstijging.

Wat vind jij?

Vul de poll in en laat jouw reactie achter op de cao-pagina >>.

Natuurlijk liggen er nog andere punten op tafel, die aan de orde moeten komen. Denk bijvoorbeeld aan het verlagen van de bandbreedte van 35%. Ik houd jullie op de hoogte!

Jacqueline Twerda, bestuurder CNV Vakmensen
M 06 23006214 / j.twerda@cnvvakmensen.nl