Wat zijn bedrijfseconomische redenen?
Binnen een bedrijf kunnen moeilijkheden of (economische) veranderingen plaatsvinden. Wanneer je door die ontwikkelingen wordt ontslagen, noem je dat ontslag om bedrijfseconomische redenen. Voorbeelden van bedrijfseconomische redenen zijn:
- Het bedrijf is in een slechte financiële situatie
- Er is veel minder werk binnen het bedrijf
- Het bedrijf moet reorganiseren
- Een afdeling binnen het bedrijf wordt opgeheven
- Er zijn technologische veranderingen waardoor er minder personeel nodig is
- Het bedrijf moet verhuizen
Plichten werkgever bij ontslag om bedrijfseconomische redenen
Je werkgever mag je niet zomaar ontslaan bij grote (economische) veranderingen binnen het bedrijf. Het is een uiterste maatregel. Je werkgever moet daarom kunnen aantonen dat het ontslag noodzakelijk is. Hierbij heeft je werkgever een aantal plichten, namelijk:
- Je werkgever moet duidelijk kunnen uitleggen waarom hij je wil ontslaan wegens bedrijfseconomische redenen. Hij of zij moet de economische redenen kunnen duiden en vertellen waarom het niet mogelijk is om je te herplaatsen.
- Als je het niet eens bent met je ontslag, heb je het recht om jezelf te verdedigen. Dit heet 'hoor en wederhoor'.
- Alles wat je werkgever als reden van het ontslag geeft, moet aan jou worden verteld of laten lezen. Omgekeerd geldt dezelfde regel voor jou.
Regels als meerdere werknemers worden ontslagen
Worden er meerdere collega’s ontslagen? Bij ontslag om bedrijfseconomische redenen ontslaat de werkgever eerst ingehuurd personeel zoals uitzendkrachten en zzp'ers. Daarna moet je werkgever bepalen wie er ontslagen worden met het afspiegelingsbeginsel. Hij kan dus niet zelf kiezen wie er ontslagen worden. Worden er binnen 3 maanden meer dan 20 werknemers ontslagen? Dan is er sprake van collectief ontslag. Je werkgever moet het ontslag in dat geval vooraf melden bij het UWV en met de vakbonden praten.
Het afspiegelingsbeginsel
De ontslagvolgorde wordt bepaald door het afspiegelingsbeginsel. Om te bepalen welke werknemers op grond van het afspiegelingsbeginsel moeten worden ontslagen, wordt er eerst afscheid genomen van werknemers die geen onbepaalde tijd contract hebben. Voor ontslag komen als eerste in aanmerking:
- externe medewerkers, zoals uitzendkrachten, zzp-ers
- daarna de werknemers die de AOW gerechtigde leeftijd hebben bereikt
- daarna werknemers met een nulurencontract
- werknemers met een bepaalde tijd contract van maximaal 26 weken
Moeten er meer mensen worden ontslagen, dan uit de bovengenoemde groepen? Dan wordt er gekeken naar het afspiegelingsbeginsel.
Bij het afspiegelingsbeginsel worden werknemers met vergelijkbare (‘uitwisselbare’) functies ingedeeld in leeftijdsgroepen. Binnen elke leeftijdsgroep wordt bekeken wie het laatst is aangenomen. Deze werknemers worden dan als eerste ontslagen. Het gaat om de volgende leeftijdsgroepen:
- 15 tot 25 jaar
- 25 tot 35 jaar
- 35 tot 45 jaar
- 45 tot 55 jaar
- 55 jaar en ouder